Lokerse Feesten - Metaldag (04/08/2019)

Review:Festivals
 Koen Asaert    5 augustus 2019

De metaldag op de Lokerse Feesten is een jaarlijkse traditie geworden. Al waren er deze editie boze tongen die beweren dat metal een rekbaar begrip geworden  is en dat men eerder van een classic rock dag kan spreken. Ja, niet elke band scoorde even hoog op de schaal van zware metalen, maar het harde rockgehalte was zeker aanwezig bij elke band. Deze dag kun je dan ook niet domweg wegzetten als een classic rock gebeuren, omdat er enkele oudere bands spelen. Dit is wel degelijk een hard rock- en metaldag, waar ook jongere bands een kans krijgen.


Brutus

Openingsact is Brutus, een Leuvense band, die door collega’s wordt omschreven als post-punk, post-rock, post-metal, post-hardcore... enfin, alles waar er post in voorkomt. De band zelf omschrijft zich liever als een ‘rockband van België’. Brutus bestaat slechts uit 3 leden, maar ze maken herrie voor 5. Zangeres en drumster Stefanie Mannaerts werd letterlijk opzijgeschoven. Ze bevond zich helemaal aan de zijkant van het podium. Toch wist ze met haar typische zangstijl die door de ene als engelachtig wordt omschreven en door een ander zelfs vergeleken wordt met Björk maar waar ik persoonlijk moeilijk een omschrijving kan op plakken, de harten van het aanwezig publiek te veroveren. Ondersteund door het virtuoos gitaarspel van Stijn Vanhoegaerden en de al even bedreven bastechniek van Peter Mulders bracht ze een set vol van aan razernij grenzende energie. Ik vond Brutus een ideale opener, maar heb ook begrip voor de metal-purist die zijn neus er voor ophaalt. Want toegegeven Brutus maakt briljante hevige harde rockmuziek, maar (heavy) metal kun je het niet noemen.

 

Zeal & Ardor

De volgende band is Zeal & Ardor, een band die me totaal onbekend was. Als vervanger van Monster Magnet schiep deze band bij mij hoge verwachtingen. De avant-garde metal van deze Zwitsers is op zijn minst speciaal te noemen. Je zou zelfs kunnen spreken van de uitvinding van een volledig nieuw genre, waarin negro-spirituals vermengd worden met schreeuwende gitaren en loodzware bassen. Ik zag iemand volledig ‘los’ gaan op deze muziek, maar de meesten stonden er toch wat ongemakkelijk bij. Ik was vooral onder de indruk van de vocale prestaties. Maar ook voor mij was het wennen aan dit nieuwe experimenteel geluid. Het getuigt van moed van de programmator om Zeal & Ardor op de affiche te zetten en het publiek met deze band en muziek kennis te laten maken. Maar een waardige vervanger voor Monster Magnet waren ze niet.

Life Of Agony

Life Of Agony gaf misschien niet het beste optreden in haar geschiedenis en kennelijk droeg het geluid ook niet ver genoeg naar achteren, maar het blijft nog altijd een puike band. De wens dat Life Of Agony het magistrale album “Ugly” inegraal zou spelen, bleek ook dit keer ijdele hoop. Met “Lost at 22”, “Weeds” en “River runs red” kreeg ik wel wat zoeternijen toegeworpen, die mijn honger naar het betere werk amper konden stillen. Mijn favoriete setlist van Life Of Agony zou er dan ook anders uitzien. Hoe dan ook, Mina Caputo, is niet de beste vocaliste, maar ze is en blijft een charismatische frontvrouw die het publiek op haar hand weet te krijgen. Dit was een goed – maar geen fantastisch – optreden.

 

Wolvennest

In de Red Bull Music Room pik ik nog enkele nummers van Wolvennest mee. Het ruikt er naar wierook en zweet. De band brengt een soort ritualistische post-black metal die me overweldigt en half in trance brengt. Hou Wolvennest in de gaten, want ze zouden wel eens heel groot kunnen worden. Mij hebben ze alvast overtuigd.

Alestorm

Van de duisternis en mysterie van de Red Bull Music Room gaat het naar het licht en de vrolijkheid op het hoofdpodium. Alestorm brengt niet enkel een gigantische gele opblaaseend maar ook veel ambiance mee. Thematisch beperken ze zich vooral tot piraten, rum en bier. Rum is naar mijn weten niet te koop op de Lokerse Feesten, maar bier wel. En daarvoor maakte Alestorm alvast veel reclame. Niet enkel in de songs, maar ook in de bindteksten. De songs, zijn even simpel als geniaal en zorgden voor crowdsurfen en een stijgende bierconsumptie. Zo gaat "The Sunken Nowegian" over...bier. "The Quest" over een kweeste. "Hangover" over een kater, "Black Sails At Midnight" en "Captain Morgan’s Revenge" over piraten en wellicht ook over bier en rum. Alestorm maakt ook geen geheim van haar missie: "We’re here for one reason. To drink your beer”. Missie geslaagd alleszins, en bovendien een goed optreden.

 

Wiegedood

Na het volksfeest van Alestorm, dompel ik mezelf onder in duisternis en razernij van Wiegedood. De band brengt black metal. Wat ook inhoudt dat ik van de tekst niks versta. Wiegedood brengt een ongelofelijke energie op het podium met als resultaat een potje lekkere pokkeherrie, die ik wel kan appreciëren.

Europe

De Zweedse hardrockband Europe scheerde hoge toppen in de jaren tachtig, vooral met hits uit het album “The Final Countdown”.Deze 'oude knarren' zijn ver van versleten en zien er zeer goed geconserveerd uit. Bovendien blijken ze in topvorm en uiterst bereid om het publiek te begeesteren. Ze zijn misschien een dagje ouder geworden, maar ze rocken alsof ze nog twintig jaar zijn. Met “Rock the Night” bereiken ze een eerste hoogtepunt. Scoren doen ze verder ook met de powerballade “Carrie”, het catchy “Superstitious” dat overvloeit in “No Woman No Cry” en het verleidelijke “Cherokee”. Het is echter “The Final Countdown” waarop het merendeel van het publiek zit te wachten. Dit bewaart Europe tot het laatst en het publiek wordt wild wanneer deze überhit wordt ingezet. En toen was het gedaan, veel te vroeg naar mijn mening. Want ik had de indruk dat deze oude dieselrockers nog maar net aan het warm lopen waren.

Evil Invaders

In amper een paar jaar tijd is het Belgische Evil Invaders erin geslaagd door te stoten tot de Europese top van de speed en thrash metal. Ze geven een geweldig concert, waarbij ik weeral de teksten niet versta omdat het zo snel gaat. Maar de muziek op zich maakt het meer dan goed, Het was alsof een supersonische bom insloeg en alles en iedereen vernietigde en dat aan een snelheid die je niet voor mogelijk acht. Nu ik ze live heb gezien, is het me wel duidelijk waarom Evil Invaders heersen in het genre.

The Scorpions

Met The Scorpions kreeg het publiek weeral een stel oude rakkers, waar geen sleet op lijkt te komen. De Duitse hardrockiconen speelden voor een volgelopen Grote Kaai en hadden een indrukwekkend decor mee. Deze oudjes wilden duidelijk bewijzen dat ze nog kunnen rocken en meer zijn dan een cheesy ballad band. Want het eerste deel van de show bestond vooral uit harde rocknummers. Het was wachten op de hits, maar ze waren alleszins goed bezig, en bewezen dat ze er nog altijd staan. Natuurlijk waren de meesten net gekomen voor die superballads, Toen de band eindelijk “Wind Of Change “ inzette ging het spreekwoordelijke dak eraf. Verder volgde nog een climax met “Still Loving You” en “Rock You Like a Hurricane”.