Interview Colin H. Van Eeckhout (CHVE en Amenra)

Interviews:Nederlands
 Florian Cassier    19 maart 2016

Na zijn concert in de Vooruit op donderdag 17 maart mocht ik even mee aan tafel schuiven met Colin H. van Eeckhout. Het werd een lang, diep en vooral interessant gesprek over zijn nieuwe soloplaat, zijn draailier, de dood, Church of Ra etcetera. Dat Colin is een intrigerende, sympathieke en gepassioneerde man en heel boeiend om naar te luisteren. Hij wil de hand op je schouder zijn op het moment dat je hem nodig hebt en zo veel meer, dat lees je hieronder.


Normaal vraag ik in het begin altijd of je er zin in hebt om te spelen, maar het is nu na het optreden. Hoe is het geweest?

(Lacht) Ik had er wel zin in. Zeker omdat ik mijn vrienden en geluidsman hier mee had, dan weet ik wel van ik ben in goede handen. Maar als je voor een bekend publiek speelt dan ben je toch iets zenuwachtiger. Ik ben altijd heel gelukkig als dat gepasseerd is.

Ik zou eerder denken dat het omgekeerd is? Als je voor een onbekend publiek speelt en je niet kan verwachten wat het publiek er van gaat vinden, dat je dan zenuwachtig bent.

Eigenlijk niet. Je hebt meer het gevoel van ik heb niks te verliezen, omdat de meeste mensen mij niet echt kennen. Ik weet het niet, maar bij mij is dat eerder omgekeerd. Op de Europese tour had ik eigenlijk minder stress.

Je bent inderdaad op tour geweest met je eerste solo album Rasa. Een best wel lange tour en waarschijnlijk vrij intensief, hoe is dat geweest?

Ja, heel goed. Ik keek er wel met wat stress tegenop, omdat ik nog nooit zo lang op tour was geweest en dan voor de eerste keer alleen. Sinds mijn zestiende ga ik vaak wel op tour, maar altijd met vrienden, met dezelfde groep mensen. Dit was de eerste keer, ook met vrienden, maar niet met mijn normale groep en ik wist niet goed wat ik ervan moest verwachten, maar eigenlijk is alles super goed verlopen. Veel geluk gehad en je moet op zich wel wat inbinden, omdat je niet je normale geluidsman hebt etcetera en je moet wat knippen en plakken met de mogelijkheden. Al bij al een heel positieve ervaring.

Er hebben vandaag nog twee andere artiesten gespeeld. Wat is je mening over hen?

Monnik, ik vind hem zalig, wat hij is nog niet zo lang begonnen en hij is echt aan het bouwen aan zijn muzikale huis en dat vind ik echt goed. In feite is dat ook mijn aanpak. Niet wachten, ik heb me ook geen vijftig jaar opgesloten om het te perfectioneren, maar eerder instinctief werken en dat vind ik wel cool. Dan doe je vaak dingen die je normaal niet zou durven als je decennialange ervaring hebt.

Nu op je nieuwe album, speel je ook met een nogal origineel instrument. Bespeel je dit al lang?

Niet overdreven, al iets van een twee jaar.  Ik heb dat gekocht voor Amenra en daar een beetje mee geëxpirimenteert en gaandeweg een half album geschreven tot er mij iemand op wees dat ik dat beter zou uitwerken en gewoon een album van moest maken. Maar niet zo lang eigenlijk

Jouw solo album: ben je er blij mee? Zegt het wat je wilt zeggen?

Ja, zeker! Maar ik heb veel hulp gehad van een vriend uit Parijs, Dehn Sora. Hij heeft me geholpen met het producen ervan. Hij heeft ook geholpen om mij zowat inzicht en gelaagdheid te doen krijgen. Ik ben er zeker blij mee en ik heb veel aan hem te denken. Ik hou ook wel van dat contrast tussen de studio, waar je alle wegen uit kan en de live approach. Oftewel kies je ervoor dat het mogelijk is om het live te doen oftewel ga je naar waar je wilt. Ik zie mezelf in de toekomst ook wel verder gaan in dat construeren in de studio. Moest je hier bijvoorbeeld kunnen op drummen zou dat veel beter zijn, maar dat kan ik niet loopen en dus ook niet zelf. Ik ben constant aan het zoeken. En je kan het veel ingewikkelder maken door composities met verschillende instrumenten. Ik denk dat ik dat ooit wel eens ga doen, maar dan gaat dat niet te doen zijn om live te brengen.

En je hebt niet de intentie om dat dan met meerdere mensen te brengen?

Misschien wel, maar die lier is niet te vertrouwen. Die ontstemt heel snel en vanaf dat je andere instrumenten gaat hebben, gaat dat beginnen botsen. Dat onstemt organisch in zijn geheel, maar nu heb je dat niet helemaal door. Dat valt wel mee, maar vanaf dat je daar met een bass of een gitaar opzit, is dat live een trickier gegeven.

Waarom heb je die draailier eigenlijk gekozen?

Ik wou eigenlijk sowieso een instrument dat eigen was aan onze streek. Niet dat dat een Vlaams instrument is, maar het is toch van dicht bij huis. Het was een tastbaar iets en een ding waar je wat mee moet vechten en dat sprak mij heel hard aan. Dit is een beetje een mechanische viool en die drone muziek en dat aansturen van die lage snare, ja het was gewoon iets obvious, het paste. Ik heb nooit zo verschillende instrumenten tegenover elkaar afgewogen. Ik had gewoon automatisch, toen ik dat hoorde, iets van dat moet ik hebben, het klopte gewoon. Het is een akoustisch en organisch instrument dat mee beweegd met de temperatuur enzo. Ik vind dat veel leuker dan een synth, waar ik zelfs veel meer mee kan doen, maar die beperking in dat ding trekt mij aan. Een eindeloos vat van opties is zo voor mij niet weggelegd.

Vooral met Amenra spelen jullie soms nogal op speciale plaatsen, ik denk bijvoorbeeld aan het kerkhof in Kortrijk op Allerheiligen. Hoe organiseer je zo een optreden?

Mijn frank viel ooit toen we in het begin van ons bestaan op een festival moesten openen. Dat was zo een typisch klein festival. Het podium was wat houten planken, een metalen frame en een rood-wit gestreepte bash. Ik had al heel de dag het gevoel dat het wel cool was dat we hier mochten spelen, maar it makes no sense om ons ding hier te doen. En toen viel de elektriciteit uit en hadden we het idee opgevat om een generator te gaan huren en we zijn gewoon in dat bos gaan spelen op de camping en daar hebben we ons ding kunnen doen. En toen dacht ik van ja we moeten niet denken binnen dat framework van cafés, concertzalen of festivals. De wereld is van ons! In het begin organiseerden wij dat zelf en huurden wij kapellen onder het om van het is een tentoonstelling met een optredentje bij. En gaandeweg zijn de mensen zelf naar ons beginnen komen en zagen ze ook wel dat dat werkte. Als je nog maar op de setting toekomt heb je al direct je eerste kippenvelmoment en dat helpt echt voor ons. We proberen de mensen mee ten nemen naar waar wij dat willen.
We plannen dat eigenlijk niet, op een gegeven moment kruist dat onze weg en voila dat voelt goed aan. Ik zou wel graag eens in de regen spelen op een akker, maar dat gaat niet.

Met Amenra, maar nu ook, heb je vaak visuele ondersteuning bij, hoe komt die tot stand?

Nu was het mijn idee om Jeroen Mylle te vragen om ons te helpen. Een goede vriend. Hij heeft mij geholpen met het uitwerken en het maken. Ik heb het gevoel dat met mijn solo project met die visuals en het vuur enzo, dat die mij meer ruimte geven. Mijn muziek is meer muziek om naar te luisteren en niet echt om naar te kijken, het is redelijk saai. En die dingen zorgen ervoor dat er estetisch ook een verhaal wordt verteld.
Met Amenra is het meer het gevoel om mensen opties te geven. Daar hebben we niet noodzakelijk die visuals nodig om ons verhaal te vertellen, maar de versmelting van alles geeft toch iets extra. Zo kunnen de mensen ook shiften van aandacht voor zij die iets minder hebben aan ons op het podium.

Hebben de visuals nu een bepaald verhaal?

Dat is eigenlijk vrij simpel, gewoon licht en duisternis. Daarover gaat die plaat eigenlijk ook een beetje. De donkerte die je moet uitzitten tot het weer licht wordt. Als je dat luidop zegt klinkt dat altijd wat retarded, maar dat is een vuur dat je in jezelf draagt en dat je moet proberen doorgeven aan zoveel mogelijk mensen. In feite een beetje hetzelfde verhaal als altijd bij ons.

Met Amenra gaan veel dingen over de dood en de duisternis. Is dit hier ook? En wat betekent de dood voor jou?

Het gaat eigenlijk minder over de dood, maar meer over het verlies en het afscheid nemen. Alles wat ik doe, muziek gerelateerd, is afscheid nemen. Ik probeer dat zoveel mogelijk te doen. Ik doe eigenlijk gewoon één lang afscheid. Gewoon omdat ik dat in het verleden met bepaalde mensen niet heb gehad en dat ik de waarde daarvan heb ingezien. Daarom, als ik ooit geen tijd heb om dit doen. Ik ben mij safe aan het zetten en als ze dat nu niet zien, dan hopenlijk wel. De dood is een zekerheid, maar de meeste mensen zijn daar niet op voorzien. Leven en dood is gewoon de essentie en daar moet je naartoe werken. Mijn ultieme levensles was mijn contact met de dood. Dat geeft alles vanaf dan zowat vorm.

De muziek heeft iets spiritueel, zit er iets gelovig of spiritueel in jou?

Zit er iets gelovig in mij? Ik denk het niet, maar ik zie wel het belang van een ongrijpbaar gegeven dat een betekenis voor ons allen kan hebben. Ik ben meer een agnost ofzo. Het is natuurlijk spiritueel wat we doen, dat is een feit. Misschien wel omdat ik zo veel bezig met de dood. Wat wij doen is spiritueel en geeft de mensen houvast wat religie dan ook kan doen.  Op die manier hebben we zowat dezelfde kracht als dat religie kan hebben op mensen. Op dat vlak wordt dat een religieus gebeuren. Een steun en toeverlaat zoals religie voor sommige mensen is, iets waartegen ze kunnen praten en muziek gaat dan nog twee richtingen op. Wij vertellen iets met onze muziek en jij antwoordt met je gedachten en wat je construeert. De versmelting van het innerlijke en de muziek. Maar zelf heb ik niet echt het gevoel dat ik een spiritueel of gelovig persoon ben.

Het is goed dat je de link legt naar jullie muziek als religie, want er bestaat ook Church of Ra. Kan je daar wat meer over vertellen?

Dat is een soort religie in die zin ja, de Ra in Church of Ra staat symbool voor het leven en ook Amenra is daarop gebaseerd. Op het leven in al zijn aspecten, goed en slecht. Die komen op jouw af en die moet je binnenpakken, dat is terug dat licht en duisternis en goed en kwaad. Church of Ra staat dan weer voor de kerk van het leven. Wij prediken een soort van leven, weer in combinatie met die dood. Je moet beseffen hoe waardevol een leven is en het zo zinvol mogelijk proberen invullen. Met Church of Ra hadden wij het gevoel dat je wel Amenra hebt, maar dan kwamen we tot de conclusie dat we veel meer zijn dan die vijf mannen. Er zijn veel meer mensen bij ons, zoals de mensen die ons grafisch ondersteunen, die ook exact hetzelfde doen als ons en die passen mee onder onze kerk van het leven.

Gaat die kerk van het leven dan ook een beetje over acceptatie van hoe het leven is?

Je moet kracht putten uit de donkere dingen uit je leven ook, dat zijn de momenten waaruit je kunt leren, groeien en sterker worden. Dat is een hels gevecht, maar de weg ernaartoe is zo boeiend en mooi. Iedereen zit soms op zijn knieën van miserie, hoe goed je leven ook is, iedereen heeft zo van die momenten van radeloosheid. Dan is het net goed om mensen rondom je te hebben die je steun kunnen geven en een hand op je schouder leggen. Het is zoveel moeilijker als je dat niet hebt en dan kan die muziek en het groepsgevoel ervan en die dingen volgen. Dan hebben we iets aan elkaar en dat is gewoon mooi. Wij willen die hand op je schouder zijn op het moment dat je hem nodig hebt. We proberen zoiets te creeëren, ook al weten we niet goed hoe zoiets moet.

Een soort van gemeenschap dan?

Ja, maar ook een gevoel. Als je alleen luistert op je kamer naar onze muziek moet je die hand op je schouder voelen. Gewoon dat je niet alleen bent. Iedereen voelt zich soms, vaak of altijd alleen en het heeft zoveel waarde om te beseffen dat je dat niet bent.

Ik heb in de Humo gelezen of gezien dat je je tepels hebt laten verwijderen, wat is hier de reden voor?

Ik vind dat een moeilijke vraag. Soms heb ik dingen in mijn hoofd en dan moeten die gebeuren, dat klopt gewoon, it makes sense. Vanaf dat je dat probeert uit te leggen, lijkt het dat niet meer te doen. Ik heb altijd geprobeerd mijn grenzen zowat te verleggen en te zien wat de mogelijkheden zijn. Zoals ik altijd heb gezegd dat als je teksten over bepaalde dingen schrijft dat je erover moet kunnen meespreken. Voorbeeld is het ruiken van je eigen verbrand vlees. Je kan zoiets niet omschrijven, het is een poëtisch iets, maar dat is zeer interessant en dat is niet iedereen gegeven. Dat is de geur van angst, pijn en gevaar en dat is zeer raar. Hetzelfde is met die tepels, wanneer je op een bepaald moment twee stukken van jezelf in handen hebt, want daar hangt natuurlijk ook nog een stevge klier aan, als je dat vast hebt is dat heel raar. Het is niet echt een gevoel van macht, maar toch iets gelijkaardigs. Je voelt je heer en meester over je eigen zijn. Ik vind het gewoon mooi om dat fysieke te vertalen naar dat psychologische. Je put uit die controle een zekere macht. Het boeit mij ook zo dat je in bepaalde kerken relikwieën vindt van mensen, een stuk been ofzo. Ik vind dat zeer interessant, mijn kinderen gaan ooit een stuk van hun vader hebben. Daar zal een relikwie van gemaakt worden. Aline Gorsen, een vriendin van mij, is daarmee bezig om daar een juweel van te maken. Ze is dat in hars aan het gieten om dan met zilver af te werken. Ik vind dat gewoon interessant om daarmee te werken.
Je hebt dat eigenlijk ook niet nodig als man. Dat is gewoon in de baarmoeder zo op de moment dat je nog geslachtsloos bent, het is gewoon volledig nutteloos als man. Doordat dat weg is, kun je de illusie wekken dat je meer man bent ofzo, maar je kan daar eindeloos over doordenken en heel ver in gaan. Je lichaam is gewoon zeer boeiend om mee te werken en dat is tof als dat enigszins een symboliek heeft.

Om af te sluiten, wat zijn de plannen nog voor de nabije toekomst?

Met Amenra zijn we nu aan het schrijven om tegen het einde van het jaar te proberen opnemen en dan in 2017 een nieuwe plaat uit te brengen. We gaan ook proberen een akoustische plaat te schrijven. Verder is de rest ook bezig met zijn projecten (Oathbreaker,Wiegedood, Syndrome). Ik ben zelf ook bezig met een nieuwe plaat. Amenra is qua live shows even wat minder, maar we zien elkaar zeker één keer per week. Vanaf dat de muziek vorm krijgt, beginnen we aan de visuals enzo en daar kruipt ook veel tijd in.

Dat was het, heel erg bedankt voor het boeiend gesprek.

Bedankt voor je tijd en de moeite ook.

 

Copywright foto's:

Foto cover: Olli Berry
Foto met draailier: Geert Braeckers
Overige twee foto's: Stefaan Temmerman